Eet het jaar rond van eigen grond

Waarom eten we niet veel meer van eigen bodem? Het hele jaar rond. Het blijft toch vreemd dat Nederland zoveel verbouwd maar dat het gros van ons voedsel wordt geïmporteerd uit het buitenland. Jammer voor onze boeren, voor de biodiversiteit en voor onze gezondheid. Daarom schreef ik dit plan. Hoewel er al heel veel prachtige initiatieven zijn (denk aan Herenboeren, Caring Farmers, CSA Netwerk Nederland, Lenteland, Land van ons) etc zou het mooi zijn als er nog meer boeren, producenten en consumenten kunnen profiteren van duurzaam, gezond en écht eten van eigen bodem. Dit kan als we dit voedsel op een oorspronkelijke/traditionele manier gaan verwerken en conserveren. Zodat het ook 'voedsel' blijft en niet enkel 'vulling' wordt. De zomerse overvloed op de foto hierboven kan deels verwerkt worden om te eten in de koude maanden. Als we dat op veel plaatsen in Nederland realiseren.....wat een winst voor mens en aarde. Ik zou het erg op prijs stellen als je het plan van "MOOI Eten uit de lokale keten" wilt lezen. Wie weet ken je mensen, bestuurders, organisaties in jouw omgevingen die dit plan van harte ondersteunen en willen bijdragen aan de realisatie ervan.
10 redenen om lokaal, gezond en duurzaam weer op de kaart te zetten.
Wij zien 10 belangrijke redenen om de korte keten op te schalen en te versterken:
- Klimaat, C02-, voedselkilometers, bodemuitputting zijn grote issues. Door veel meer van eigen bodem te eten kunnen we in snel tempo het aantal voedselkilometers drastisch verminderen. Alleen al het terugdringen van de gemiddeld 30.000 km die een gemiddelde maaltijd aflegt zou een doel kunnen zijn om de lokale keten te versterken.
- De wereldmarkt is in handen van 10 partijen die dezelfde monoculturen verwerken en op ons bord 'droppen' : mais, tarwe, soja, suiker etc. Deze monoculturen op het land zijn niet alleen nadelig voor de biodiversiteit van de natuur en het milieu, maar ook voor onze eigen gezondheid. Werkelijk duurzaam voedsel van eigen bodem betekent per definitie meer variatie in landbouwgewassen, en mee-eten met het seizoen. Dit gaat automatisch weer voor de broodnodige diversiteit op ons bord zorgen.
- Voedsel van dichtbij komt verser op ons bord en bevat daardoor meer vitale stoffen. Bovendien geven kortere transporttijden meer zekerheid als het gaat om voedselveiligheid.
- Door alle geopolitieke ontwikkelingen en bedreigingen van de laatste tijd is inzetten op voedsel van eigen bodem ook inzetten op voedselzekerheid.
- Het geeft kleine boeren meer autonomie en de mogelijkheid om buiten de grote afnemers(die de prijs dicteren) een eerlijke prijs voor zijn product te ontvangen. Een eerlijke prijs betekent dat de kleine boer rentmeester kan zijn over zijn grond en weer ‘met de natuur mee’ kan verbouwen.
- Voedselongelijkheid, inkomensongelijkheid en gezondheidsongelijkheid gaan steeds vaker hand in hand. Als de korte keten een totaalaanbod gaat leveren van vers- & droogwaren, kan dit voedsel ook via kantines van bedrijven, scholen, instellingen etc. worden aangeboden zodat ieder mens/kind tenminste 1 wezenlijke/voedzame maaltijd per dag te eten krijgt.
- Met veel minder tussenschakels in de keten en minder monopolieposities van inkopende organisaties, maken we gezond voedsel meer beschikbaar voor iedereen. Ook voor mensen met een smalle beurs.
- Volop kansen voor de lokale economie/de leefbaarheid van het platteland. En meer werkgelegenheid vanwege de oogst en verwerking van lokaal voedsel. En logischerwijs een toename van het agro-toerisme. Bovendien (zie punt 3 van het plan hieronder) zou het een waardevolle investering zijn om jongeren weer een opleiding te bieden waarin ze weer worden opgeleid in de voedselverwerking.
- Betrokkenheid bij voedsel geeft verbinding en zingeving. Welvaart en het ervaren van een zinvol bestaan lijken steeds verder van elkaar af te drijven. Eten weer ‘een gezicht geven’ is een belangrijke pijler om niet alleen de verbinding tussen boer/teler en consument te herstellen, het is ook een voorwaarde om de consument voedsel-, gezondheids- en kookvaardigheden bij te brengen. Zeker voor jongeren is het meer dan waardevol (ook voor hun gezondheid op latere leeftijd) om de verbinding weer tot stand te laten komen.
- Omdat inmiddels bijna 80% van het voedsel in de supermarkt afkomstig is uit de voedingsmiddelenindustrie, is de voedingswaarde (en daarmee de gezondheidswaarde voor de consument) steeds meer in het geding. Door zelf de lokale voedselproductie op te starten kan elke consument voedzaam, zo onbewerkt mogelijk, duurzaam, volwaardig en ongeraffineerd voedsel kopen. Voedsel dat onze grootouders zouden herkennen en waarmee we onze lichamelijke en geestelijke gezondheid een dienst bewijzen. Dat betekent wel dat de verwerking van voedsel weer authentiek/ambachtelijk gemaakt moet worden.

De mooie projecten die er al zijn
Er zijn al veel prachtige initiatieven ontwikkeld en tot bloei gekomen in de korte voedselketen. Ook wat betreft de inzichtelijkheid (waar koop ik wat)zijn er grote stappen gezet de afgelopen jaren (Denk aan Herenboeren, CSA Netwerk Nederland, Caring Farmers, Lenteland, Land van Ons, De Groene Winkelkar, Fietsen voor je eten, de Buurwinkel.nl en alle andere mooie aanbieders die MOOI Eten al heeft genoemd.) Over de hele linie kunnen we wel constateren dat er op het vlak van verswaren als groente- en fruit, zuivel en vlees al mooie stappen zijn gezet. Steeds meer consumenten weten die adressen ook te vinden. Op veel plekken gaat het nog wel om een seizoenaanbod van rond de 30 weken per jaar.
Willen we het jaar rond van Nederlandse bodem eten (maar ook de basics in ons menu zoals granen, meel, bonen, halffabricaten als muesli, bewaargroente en fruit (bijvoorbeeld weck of conserven) dan moet er nog een slag gemaakt worden! En volgens ons is dat mogelijk
Het jaarrond eten van eigen grond: de oplossingen en kansen
Wij geloven dat het mogelijk is om jaarrond voor een heel groot deel van eigen bodem te eten. Door de overvloed van het seizoen te verwerken, zou de consument tevens het jaar rond van een CSA, Herenboer etc. voedsel kunnen consumeren. Dit versterkt zowel de binding als het inkomen van CSA tuinder/herenboer/Caring Farmer. Bovendien ontstaan er op deze manier nieuwe kansen voor zogenaamde ‘verwerkings CSA’s/Herenboeren’: boeren/tuinders die te ver van een grote stad af zitten voor een (vers) oogstdeel, maar wel hun oogst zouden kunnen verwerken en deze verkopen in de bestaande lokale verkoopkanalen.
Ook voor de vele voedselbossen die in Nederland ontstaan, zou dit plan van meerwaarde kunnen zijn. Zij kunnen in hun regio ook de verwerking en afzet gaan coördineren/regelen middels deze training/oogstverwerking pilot.
CONCREET:
Om kwalitatief en kwantitatief het hele jaar rond veel meer van eigen bodem te eten hebben wij dit plan, dat in 3 fasen geïmplementeerd kan worden:
1) De ontwikkeling van een pilot verwerkingslocatie
Een lokatie waar biodiversiteit op de bodem en ons bord het voornaamste doel zijn. Biodiversiteit is immers de basis van veerkracht. En veerkracht is de basis van de gezondheid van al wat leeft. Heerlijk Westerwolds land word in elk geval een pilot-lokatie die het principe ‘het jaar rond van eigen grond’ gaat toepassen en uitwerken:
- Op smalle stroken wordt een zeer diverse hoeveelheden gewassen geteeld. Denk aan allerlei granen, peulvruchten, groenten, fruit en kruiden. Het project is al ingericht als Agroforestry, in 2024 gaat ook de inrichting in smalle stroken plaatsvinden.
- Dit vereist een totaal andere manier van mechanisatie: kleinschalige elektrische mechanisatie met 1 basismachine moet ervoor zorgen dat deze grote variëteit aan gewassen gezaaid, gewied en geoogst kan worden. Dit heeft grote voordelen voor de bodem (druk), de vermindering van kosten (die anders in allerlei verschillende werktuig-dragende machines geïnvesteerd moet worden) en de kosten (en vervuiling) die met het hoge gebruik van fossiele energie in de landbouw gepaard gaan. Bovendien kun je als agrariër/teler weer het juiste oogstmoment kiezen (nu wordt dat vaak ingegeven door het moment waarop de loonwerker kan) Een deel van de oogst zal in dit model altijd handmatig plaatsvinden. Dat zien wij als voordeel en niet als nadeel, zoals vaak wordt verkondigd.
- Dit vereist een totaal andere manier van verwerken. De monoculturen op het land kunnen prima verwerkt worden door de voedingsmiddelenindustrie. Maar de kern voor onze gezondheid ligt in duurzaam, divers en zoveel mogelijk onbewerkt voedsel. Zeker de laatste twee voorwaarden worden niet door de voedingsmiddelenindustrie gerealiseerd. Daar liggen dus grote kansen.
- Deze pilot locatie gaat teven dienstdoen als trainingslocatie (zie punt 2). Voor boeren/tuinders/telers die een verwerkingslocatie willen worden (of bestaande die de verwerking van hun oogst willen oppakken) Deze oogst kan vervolgens aan boerderijwinkels, CSA's, Herenboeren, Caring Farmers, Hofweb, Streekboer en andere aanbieders van duurzaam/lokaal voedsel in de omgeving worden verkocht aan consumenten/bedrijfskantines.
- En natuurlijk is het de bedoeling dat deze 'verwerkingspilot' zo snel mogelijk in andere delen van Nederland 'gekopieerd' gaat worden.
2) Trainingen om de oogst te leren verwerken tot eindproduct.
Doelgroepen oa: consumenten, koks, cateringbedrijven, groenteboeren, CSA’s, tuinders en melkveehouders, beheerders van voedselbossen. Tijdens deze trainingen leren deelnemers onder andere vers voedsel te fermenteren, pickelen, drogen, wecken en er bewaarbare pesto’s, chutney’s, soepen en sauzen van te maken. Op zo’n manier dat het ook veilig gebeurt, de gezondheidswaarde en voedingswaarde overeind blijven en het de smaak ten goede komt. Dus niet de bewerkte manier van voedsel bewerken zoals we die nu kennen maar de oorspronkelijke/ambachtelijke. Die kennis is voor een heel groot deel verloren gegaan en zou weer opgepakt moeten worden. Die kennis moet op een gedegen manier gebeuren om mislukking te voorkomen / de voedselveiligheid niet in gevaar te brengen. Voor een consument is het misschien niet erg als het fermenteren van een kilo kool niet lukt, voor een teler is een gegarandeerde uitkomst wel cruciaal. Het is immers zijn inkomen. En het betreft onze voedselveiligheid.
Deze trainingen zouden een fantastisch vervolg kunnen zijn op de opleidingen die de Regeneratieve School al biedt.
3. Opleidingen op scholen om de oorspronkelijke voedselbewerking weer te leren.
Ooit was de voedselverwerking en bereiding een ambacht: voedsel werd zo bewaard/geconserveerd en tot eindproduct verwerkt dat mensen het hele jaar van eigen grond konden eten. Die tijd is voorbij: 60-80% van al ons voedsel is dusdanig bewerkt dat het noch de diversiteit op ons bord, noch de gezondheid kan dienen. Het zou voor jonge mensen (of mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of start-ups) een fantastische kans zijn om weer een vak te leren waar je trots op kunt zijn. In dit geval zou het niet alleen om verswaren gaan maar om de verwerking van bijvoorbeeld granen, zuivel, eieren en peulvruchten tot volwaardig eindproduct. Zo komen ook de 'basics in je keukenkast/koelkast' zoveel mogelijk van eigen bodem. Logischerwijs zijn hier al locaties voor beschikbaar waar dit mogelijk is. In mijn eigen omgeving denk ik bijvoorbeeld aan de Makeport Mercurius.
De voordelen ten opzichte van de initiatieven die er al zijn
Los van wat ik al noemde zijn dit de voordelen ten opzichte van alle mooie (coöperatieve) initiatieven die er al zijn:
- Jonge boeren/telers kunnen op weinig grond - met minder investeringen en meer opbrengsten- beginnen door hun oogst niet als grondstof maar als eindproduct te leveren. Dat geeft immers minder lasten en meer inkomsten.
- Er zijn nu veel kleine boeren/telers die qua grootte ( in hectares) of qua ligging (te ver van steden) niet geschikt zijn om rechtstreeks aan de consument te leveren. Door dit plan kunnen zij wél meedoen. Het 'ommeland gaat de stad weer voorzien'. Dit zal voor veel projecten in bijvoorbeeld de grensregio's van Nederland een mooie uitkomst zijn. En voor de bestaande initiatieven een uitbreiding van hun assortiment.
- CSA's kunnen hun klanten langer aan zich binden door hen ook de 'basics' van voedingspatroon te leveren. Deze komen nu heel vaak nog uit het buitenland (denk aan pasta, meel, granen, bonen, pesto's, soepen)
Doe je mee met doen?
Het mag duidelijk zijn: er liggen grote kansen, maar om deze eerste verwerkings CSA op Heerlijk Westerwolds Land verder tot ontwikkeling te laten komen is financiering nodig. En 1 of 2 jonge boeren, boerinnen/telers) die op 2.5 hectare dit plan concreet handen en voeten geven. Hoewel het uitdenken van de mechanisatie (en de inrichting van het land al ver gevorderd zijn), is de financiering voor een prototype machine er nog niet.
Ook de financien die de opstart van de 'verwerkings trainingen' of opleidingen mogelijk moeten maken -om het 'jaar rond van eigen grond' te kunnen eten- is er nog niet. Daarom roep ik iedereen op die hier "voedende ideeën" over heeft mij een mail te sturen: info@rinekedijkinga.nl. En natuurlijk ben ik meer dan bereid om dit (verkorte) plan toe te lichten.
Rineke Dijkinga is ruim 10 jaar werkzaam in de korte duurzame voedselketen, als auteur, producent, productontwikkelaar, begeleider van nieuwe productlijnen, trainer en storyteller. De uitdagingen die Rineke de afgelopen 10 jaar zag in een notendop zijn bij veel bedrijven hetzelfde en de afgelopen 10 jaar niet wezenlijk veranderd: de meer dan enthousiaste voedselpioniers zijn niet van alle haken en ogen op de hoogte. Ze zijn vaak in één onderdeel goed: bijvoorbeeld de teelt, het oogsten, de logistiek of de verkoop in hun boerderijwinkel. Het is ook meer dan logisch dat alle eigenschappen die nodig zijn om de lokale voedselketen van A t/m Z te laten kloppen, niet in één ondernemer vertegenwoordigd zijn. En dat is wel nodig om een levenskrachtige korte keten tot stand te brengen. Haar droom is om van het mooie voedsel ook werkelijk eindproducten te maken die de gezondheid van mens, dier en aarde wezenlijk dienen. Het jaar rond.